Google, Microsoft en andere Amerikaanse techreuzen zetten zich hard in voor een koolstofarme economie.
Maar de enorme omvang van de klimaatcrisis betekent dat Big Tech in zijn eentje niet het verschil kan maken.
Uiteindelijk kan de klimaatcrisis de macht van Big Tech vergroten, omdat grote techbedrijven zich makkelijker kunnen aanpassen dan andere ondernemingen.
ANALYSE – Sundar Pichai staat bekend om zijn koelbloedigheid, ook onder zware druk. Maar tijdens een live gestreamde presentatie van afgelopen juni erkende de topman van techreus Google dat hij zich grote zorgen maakte.
Zittend voor een betonnen muur met smaakvol onopvallende decoraties besprak de 49-jarige CEO zijn doel om de zoekmachinegigant in 2030 CO2-neutraal te maken.
“Elke e-mail die mensen versturen in Gmail en elke zoekopdracht die ze intypen: dat willen we allemaal CO2-neutraal maken”, zei Pichai. “Het is een ambitieus doel. Ik pieker erover hoe we dat gaan halen.”
Te midden van recordwinsten en recordtemperaturen hebben grote techbedrijven de afgelopen jaren hun toezeggingen over het bestrijden van klimaatverandering opgevoerd. Dit terwijl de omvang van de uitdaging en de prijs van falen steeds duidelijker worden.
De publicatie eerder deze maand van het rapport van het Intergouvernementele Werkgroep inzake Klimaatverandering (IPCC) van de Verenigde Naties veroorzaakte een golf van bezorgdheid over de hele wereld. Daarin werd in grimmige details geschetst hoe de mensheid de planeet ondubbelzinnig aan het opwarmen is tot gevaarlijke niveaus die duizenden jaren voelbaar zullen zijn.
Zoals elke grote industrie, van transport tot de bouw, moet de technologiesector dringend zijn activiteiten herzien om de planeet te redden van de meest catastrofale gevolgen van de klimaatverandering. En Big Tech moet zijn activiteiten aanpassen om de milieuramp die al in gang is gezet, het hoofd te bieden.
In een tijd waarin Big Tech vaak negatief in het nieuws komt, onder meer vanwege de marktdominantie en schending van de privacy, heeft de strijd tegen de opwarming van de aarde de techgiganten iets ongewoons gebracht: lof.
Experts juichen het werk van Google, Microsoft, Facebook en anderen toe. De giganten zijn namelijk hard bezig om hun activiteiten CO2-neutraal te maken. Ook willen ze op grote schaal duurzame energie omarmen.
"Niemand sprak ooit over CO2-negatief worden. Dit concept dook op in de discussie naar aanleiding van plannen van Microsoft", zegt Iyassu Essayas, directeur van ESG-onderzoek voor vermogensbeheerder Parnassus Investments. Hij verwijst hiermee naar de plannen van Microsoft om de CO2-uitstoot die het sinds zijn oprichting in 1975 veroorzaakte, te compenseren.
Big Tech grijpt de klimaatstrijd aan als een kans om broodnodige goodwill terug te winnen. Maar de voorgenomen acties zijn bij lange na niet genoeg om echt het verschil te maken bij de klimaatuitdaging.
De echte vooruitgang van Big Tech
Een decennium geleden voerden techbedrijven een race om de meeste duurzame energiecredits te kopen, zegt Essayas van Parnasus Investments. Maar de industrie realiseerde zich dat het afkopen van CO2-emissies via emissierechten niet genoeg is om klimaatverandering een halt toe te roepen.
Inmiddels draait het allemaal om de CO2-voetafdruk van ondernemingen, wat betekent dat er meer significante, reële veranderingen in de bedrijfsvoering moeten worden doorgevoerd.
Amazon zegt dat het in 2040 CO2-neutraal zal zijn. Apple wil in 2030 CO2-neutraal zijn. Facebook zegt dat het daar zelf al is, en streeft naar een nuluitstoot voor zijn "waardeketen" in 2030. Microsoft heeft beloofd om tegen het einde van dit decennium "CO2-negatief" te zijn en wil tegen 2050 al zijn emissies sinds de oprichting in 1975 hebben gecompenseerd.
Aan deze beloften ligt van alles ten grondslag, van plannen voor datacenters onder water tot de inzet van kunstmatige intelligentie om het energieverbruik drastisch te verlagen.
Ook steken grote techbedrijven veel geld in de financiering van installaties voor duurzame energie. Hieronder valt onder andere een overeenkomst voor groene energie die Google in 2019 sloot om windmolenparken en zonnepanelen op drie continenten te financieren.
Deze investeringen in de bouw van infrastructuur voor duurzame energie geven een sterk signaal af aan andere bedrijven. Windenergie lijkt niet zo'n grote gok, als Google het gebruikt om zijn servers en andere cruciale onderdelen van zijn bedrijf te laten draaien.
De buitenproportionele macht die techbedrijven in de moderne economie hebben, betekent dat hun inspanningen ertoe bijdragen dat duurzaam energiebeleid mainstream wordt. Niet alleen voor andere ondernemingen, maar ook voor lokale overheden die strijden om belastinginkomsten.

Big Tech kan maar zoveel doen
Er zijn grenzen aan het vermogen van de techindustrie om de wereld te veranderen. Zelfs als we de zaak breed bekijken, zijn de vijf grootste techbedrijven naar schatting verantwoordelijk voor 0,3 procent van de wereldwijde CO2-uitstoot. Datacenters over de hele linie stoten niet veel meer uit - ongeveer 1 procent van de mondiale CO2-emissie.
Veel deskundigen denken dat klimaatmaatregelen die vanuit de particuliere sector worden geïnitieerd onvoldoende zullen zijn, zonder aanzienlijke overheidsinterventie.
"Maatregelen van de particuliere sector, waaronder die van de technologiesector, zijn ongelooflijk belangrijk omdat de overheid ondermaats presteert," zegt Mike Vanderbergh, hoogleraar rechten bij de Amerikaanse Vanderbilt University. "Maar ik verwacht niet dat dit het probleem gaan oplossen, aangezien de particuliere sector gewoonweg niet de middelen heeft om dat te doen."
Het belangrijkste wapen van de technologiesector is misschien wel haar invloed op de nationale politiek. "Veel grote bedrijven doen geweldige dingen om hun activiteiten en toeleveringsketens groener te maken. Leuk natuurlijk, maar wat de VS en de wereld echt nodig hebben, is dat deze bedrijven in de nationale hoofdsteden verschijnen en als de bliksem lobbyen voor echte klimaatoplossingen", zegt Edward Maibach, hoogleraar aan het Mason University's Center for Climate Change Communication. "Een snel stijgende belasting op CO2-uitstoot zou een goede startpunt zijn."
Waar de techindustrie achterblijft
Terwijl techbedrijven proberen om van datacenters bakens van duurzaamheid te maken, gebeurt er in andere delen van hun bedrijfsvoering relatief weinig.
Milieuorganisatie Greenpeace bekritiseerde Microsoft en Amazon, omdat ze computerdiensten leveren aan bedrijven die veel fossiele brandstoffen gebruiken, terwijl ze opscheppen over hun goede naam op milieugebied. Dat leidde tot protesten van de eigen werknemers van de techbedrijven.
Facebook is ondertussen herhaaldelijk bekritiseerd voor het helpen verspreiden van berichten op het platform waarin klimaatverandering wordt ontkend.
"Laten we heel duidelijk zijn: Facebook verdient geld, net als Google, aan verkeerde informatie over het klimaat", zegt Jesse Keenan, hoogleraar aan de Tulane University. "Er zijn een paar goede stappen gezet, maar ze spelen een veel grotere rol in het klimaatdiscours en het klimaatbeleid dan ze willen toegeven."
Sommige activisten wijzen ook op de korte levensduur van veel technologische gadgets als enorm verkwistend en schadelijk voor het milieu. Hierbij verwijzen ze naar de weerstand onder fabrikanten om techproducten zo te ontwerpen dat ze makkelijker te repareren zijn.
"Het gaat er niet alleen om dat je ervoor zorgt dat je fabrieken op groene energie draaien," zegt campagnedirecteur Rolf Skar van Greenpeace. "Het gaat om de levenscyclus van deze producten. Als we het IPCC-rapport echt serieus nemen, betekent dat een verandering in de manier waarop je zaken doet."

Techbedrijven kunnen het gebruikers makkelijker maken om milieuvriendelijke keuzes te maken, bijvoorbeeld door op Amazons assistent Alexa standaard te kiezen voor producten met een lage CO2-uitstoot, aldus Yana Kakar, duurzaamheidsinvesteerder en voormalige global managing partner bij Dalberg Advisors.
Kakar roept ook op tot meer transparantie bij grote techbedrijven over de vooruitgang die ze boeken bij het behalen van hun duurzaamheidsdoelstellingen. Ze merkt op dat kwartaalverslagen niet alleen financiële gegevens zouden kunnen bevatten, maar ook updates over de inspanningen om de CO2-uitstoot te verminderen.
Verplichte openbaarmakingen zijn waarschijnlijk op komst voor Amerikaanse bedrijven. Afgelopen juni zei voorzitter Gary Gensler van beurstoezichthouder SEC dat gekeken wordt naar rapportage hoe bedrijven de klimaatverplichtingen nakomen.
Klimaatactie kan het vuile imago van Big Tech opkrikken...
Techreuzen zijn getekend door jaren van schandalen, van datafraude en gebrekkige contentmoderatie bij Facebook tot de meedogenloze bedrijfsreputatie van Amazon als het gaat om de behandeling van gewone werknemers en de concurrentie met andere bedrijven.
Door een proactieve rol te spelen op het gebied van klimaatverandering hebben techgiganten een kans om hun imago te verbeteren. Dat werkt momenteel vooral goed, omdat er een beeld is dat overheden laks zijn met het uitrollen van een strenger milieubeleid.
Voorop lopen bij klimaatbeleid helpt ook om het gehavende werknemersmoreel bij techbedrijven te verbeteren onder hun grotendeels liberale, klimaatbewuste werknemers. Als toonaangevende techbedrijven de beste software-ingenieurs willen werven en behouden, moeten ze een positieve reputatie hebben op klimaatgebied, aldus jurist Vanderbergh.

…en zijn macht vergroten
Stijgende zeespiegels, mislukte oogsten, verstikkende vochtigheid en extreem weer zullen naar verwachting in de komende jaren en decennia ontwrichting veroorzaken in de hele wereld. Maar de technologiesector is tenminste enigszins gevrijwaard van de ergste gevolgen hiervan.
Dankzij grotendeels mobiele arbeidskrachten, een groot aantal talentvolle werknemers en immense middelen kan de crisis de macht van de grote techspelers verder versterken. Apple kan het zich bijvoorbeeld veroorloven reservevoorraden in te bouwen in zijn toeleveringsketen, of om werknemers weg te halen uit gebieden die door natuurbranden zijn getroffen. Voor kleinere bedrijven is dat veel lastiger.
"Grote bedrijven als Google en Amazon hebben een voordeel bij de aanpassing aan extreme weersomstandigheden, omdat ze over zeer diepe zakken beschikken en omdat ze de allerbeste ingenieurs kunnen inhuren", aldus Kahn. "Kleinere bedrijven en familie-ondernemingen hebben niet het kapitaal om hun bedrijven te beschermen tegen grote stormen of ze op palen te zetten."
Terwijl kleine bedrijven tijdens de coronapandemie in de problemen raakten, bloeiden grote techbedrijven op. De marktkapitalisatie van Amazon groeide omgerekend van 805 miljard euro aan het begin van 2020 tot bijna 1.440 miljard euro nu, terwijl de waarde van Facebook op de beurs van ongeveer 509 miljard euro naar 850 miljard euro steeg.
Succes is echter relatief. "Ik denk dat we heel voorzichtig moeten zijn met de aanname dat klimaatverandering optreedt als bijkomende schade in een voortdurend groeiende economie," waarschuwt Vanderbergh. "De grootste zorg is dat klimaatverandering het punt bereikt dat de economie zodanig verstoord raakt, dat de vraag naar producten daalt."